Plan: Tramsingel, Tramsingel 48
Idn: NL.IMRO.0758.BP2011015003-0501
Plantype: gemeentelijke overheid/bestemmingsplan
Status: Onherroepelijk
Planregels
Op deze pagina vindt u de regels behorende bij het plan Tramsingel, Tramsingel 48.

Artikel 3 Gemengd

 

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Gemengd' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. maatschappelijke voorzieningen, in de vorm van een praktijkruimte voor fysiotherapie, kinderdagverblijven, buitenschoolse opvang en peuterspeelzalen en daarmee gelijk te stellen bedrijven of instellingen;

  2. voorzieningen voor cultuur en ontspanning, met uitzondering van een bioscoop en theater in zelfstandige vorm;

  3. sportvoorzieningen, waaronder kleedruimten en sanitaire voorzieningen;

  4. ter plaatse van de aanduiding 'verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg' tevens een verkooppunt van motorbrandstoffen zonder lpg en de bijbehorende detailhandelsvoorzieningen;

  5. ondergeschikte horeca, waarbij geldt dat bij:

    1. de onder a, b en c genoemde functies tot 1.000 m² bvo, maximaal 25% van het bedrijfsvloeroppervlak voor ondergeschikte horeca gebruikt mag worden;

    2. de onder a, b en c genoemde functies groter dan 1.000 m² bvo, maximaal 20% van het bedrijfsvloeroppervlak voor ondergeschikte horeca gebruikt mag worden;

  6. kantoren, ondergeschikt aan de onder a, b en c genoemde functies;

 

met daarbij behorende:

  1. groen;

  2. nutsvoorzieningen;

  3. parkeren;

  4. verkeer;

  5. water;

 

met uitzondering van:

  1. zelfstandige detailhandel;

  2. zelfstandige horeca;.

  3. geluidsgevoelige objecten als bedoeld in de Wet geluidhinder en het Besluit geluidhinder;

  4. het gebruik van de gronden ten behoeven van een zwembad.

 

 

3.2 Bouwregels

 

3.2.1 Gebouwen

  1. gebouwen mogen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding ‘bouwvlak’ worden gebouwd;

  2. het bebouwingspercentage mag niet meer bedragen dan zoals ter plaatse van de aanduiding ‘maximum bebouwingspercentage (%)’ is aangegeven;

  3. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan zoals ter plaatse van de aanduiding ‘maximum bouwhoogte (m)’ is aangegeven;

  4. als de bestaande maatvoering afwijkt van hetgeen in deze regels is aangegeven, mag deze afwijkende maatvoering worden gehandhaafd.

 

3.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

  1. de hoogte van lichtmasten mag maximaal 8 meter bedragen;

  2. de hoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 2 meter mag bedragen;

  3. de hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag maximaal 3 meter bedragen;

  4. de hoogte van speelvoorzieningen mag maximaal 6 meter mag bedragen.

 

 

 

 

 

3.3 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn, met inachtneming van het bepaalde in artikel 11 bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen, ten einde het gebruik door het gebruik van de gronden en opstellen ten behoeve van een zwembad, zoals vermeld in artikel 3.1 onder o, toe te staan, met dien verstande dat:

  1. de uitvoerbaarheid van het zwembad is aangetoond ten aanzien van de relevante (milieu)aspecten;

  2. vooraf over de wenselijkheid van een zwembad ter plaatse in relatie tot het Groepsrisico advies wordt ingewonnen bij de Brandweer Midden- en West-Brabant, Afdeling Risicobeheersing;

  3. geen overschrijding van het toetsingscriterium plaatsgebonden risico van 10-6 plaatsvindt.

  4. voorzien wordt in voldoende parkeergelegenheid;

  5. de te ontwikkelen activiteit geen onevenredige verkeersaantrekkende werking heeft in die zin dat aanvullende verkeersmaatregelen noodzakelijk zijn dan wel de verkeersveiligheid ter plaatse in het gedrang komt;

  6. de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad;

  7. het straat- en bebouwingsbeeld en de verkeersveiligheidsbelangen niet onevenredig worden geschaad.