Regels
Bestemmingsplan
Het Fort-Zeekant 2012


Artikel 5 Centrum

 

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Centrum' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. wonen in een woning;

  1. en op de begane grond voor:

  2. bedrijven uit ten hoogste categorie 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten waarbij aan de voorgevelzijde een ruimte voor detailhandelsverkoop in gebruik dient te zijn;

  3. detailhandels- en dienstverlenende bedrijven;

  4. kantoren en/of praktijkruimten;

  5. maatschappelijke voorzieningen;

  6. gemeenschappelijke ruimten ten behoeve van de woningen;

  7. ondersteunende horeca bij detailhandel waarbij de oppervlakte van de ondersteunende horeca niet meer mag bedragen dan 10% van het verkoopvloeroppervlak met een maximum van 25 m²;

  1. bijbehorende voorzieningen zoals ontsluitingswegen, boven- en ondergrondse parkeervoorzieningen, groen en waterhuishoudkundige voorzieningen.

 

5.2 Bouwregels

Op de in lid 5.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de in dat lid bedoelde bestemmingen worden gebouwd, met dien verstande dat:

  1. de hoofdgebouwen uitsluitend mogen worden opgericht binnen het bouwvlak;

  2. de goothoogte en/of bouwhoogte van de gebouwen niet meer mag bedragen dan is aangegeven met de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)';

  3. het bebouwingspercentage per bouwvlak niet meer mag bedragen dan is aangegeven;

  4. indien geen bebouwingspercentage is opgenomen het bouwvlak volledig mag worden bebouwd;

  5. voor het bouwen van andere bouwwerken geldt dat:

  1. de bouwhoogte van erfafscheidingen en overige andere bouwwerken voor de voorgevel van het hoofdgebouw niet meer mag bedragen dan 1 m;

  2. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders niet meer mag bedragen dan 2 m;

  3. de bouwhoogte van overige andere bouwwerken elders niet meer mag bedragen dan 3 m.

 

5.3 Specifieke gebruiksregels

Met betrekking tot het gebruik gelden de volgende regels:

  1. opslag van meer dan 10.000 kg consumenten vuurwerk is niet toegestaan;

  2. de gronden en opstallen te gebruiken als coffeeshop, smart- en/of growshop en/of groothandel in smart- en growproducten en/of belwinkel is niet toegestaan, tenzij in lid 5.1 anders is bepaald.

 

5.4 Afwijken van de gebruiksregels

 

5.4.1 Detailhandel op de verdieping

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.1 ten behoeve van het toestaan van detailhandel op de verdieping, met inachtneming van de volgende voorwaarden:

  1. afwijking is toegestaan indien:

  1. dit resulteert in toepassing van een hoogwaardig winkelconcept;

  2. hiermee vestiging van een winkelformule mogelijk wordt die een aanvulling op of completering van bestaande winkelformules betekent;

  3. hiermee vestiging van een winkelformule resulteert in versterking van de structuur van de binnenstad of het te onderscheiden deelgebied;

  1. aangetoond dient te zijn dat uitbreiding op de begane grondlaag (naar achteren of in naastgelegen panden) niet tot de mogelijkheden behoort.

 

5.4.2 Horecavestiging

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.1 ten behoeve van de vestiging van hotels, restaurants, broodjeszaken en ijssalons, alsmede voor horecavormen waarvan de openingstijden parallel lopen met de tijden van bedrijven die vallen onder de Winkelsluitingswet, met inachtneming van de volgende voorwaarden:

  1. per straat mogen niet meer dan twee omgevingsvergunningen tegelijkertijd van kracht zijn;

  2. er mag geen sprake zijn van een achteruitgaan van de woon- en werkomstandigheden in de omgeving en het karakter van de straat;

  3. het uiterlijk aanzien van de omgeving mag niet worden aangetast;

  4. er dient te worden voorzien in een adequate ontsluiting en afwikkeling van het autoverkeer en toereikende parkeergelegenheid voor personeel en bezoekers.

 

5.4.3 Staat van Bedrijfsactiviteiten

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.1:

  1. teneinde bedrijven toe te laten die voorkomen in één categorie hoger dan genoemd in lid 5.1, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm alsmede getoetst aan de aangegeven maatgevende milieuaspecten) geacht kan worden te behoren tot de algemeen toelaatbare categorieën van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;

  2. teneinde bedrijven toe te laten die niet in de Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn genoemd, voor zover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm) geacht kan worden te behoren tot de algemeen toelaatbare categorieën van de Staat van Bedrijfsactiviteiten.

 

5.4.4 Bijzondere woonvormen

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.1 ten behoeve van bijzondere woonvormen, met inachtneming van de volgende voorwaarden:

  1. er dient sprake te zijn van een woonvorm die verwantschap heeft met bewoning door een gezin of een vorm van een vast samenlevingsverband, met dien verstande dat de samenstelling van personen mag wisselen;

  2. bedoeld gebruik mag geen onevenredige hinder voor het woon- en leefmilieu opleveren en geen onevenredige afbreuk doen aan het woonkarakter van de wijk of buurt, waarbij aangetoond dient te worden dat de betreffende woonvorm geen beperking tot gevolg heeft voor het woongenot van de aangrenzende percelen;

  3. er dient te worden voorzien in een adequate ontsluiting en afwikkeling van autoverkeer en toereikende parkeergelegenheid voor personeel en bezoekers;

  4. vast dient te staan dat het gebruik een kleinschalig karakter heeft en zal behouden;

  5. aangetoond dient te zijn dat vestiging in een bestaand of nieuw te bouwen zelfstandig gebouw niet tot de mogelijkheden behoort.

 

5.4.5 Gehele pand als woning

Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.1 waardoor het gehele pand als woning in gebruik kan worden genomen met inachtneming van de volgende voorwaarden:

  1. het bouwplan is gericht op herstructurering en versterking van de ruimtelijke functionele kwaliteit van de locatie;

  2. het bouwplan dient geen afbreuk te doen aan de detailhandelsstructuur ter plaatse;

  3. het bouwplan dient te passen in het ruimtelijk-functionele patroon waaronder in ieder geval wordt verstaan dat het bouwplan dient aan te sluiten bij de bebouwingskarakteristiek van de naastgelegen panden.

 

5.4.6 Kamerverhuur

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 5.1 ten behoeve van kamerverhuur, met dien verstande dat:

  1. bewoning is toegestaan door maximaal vier personen per woning;

  2. bedoeld gebruik mag geen onevenredige hinder voor het woon- en leefmilieu opleveren en geen onevenredige afbreuk doen aan het woonkarakter van de wijk of buurt, waarbij aangetoond dient te worden dat de betreffende woonvorm geen beperking tot gevolg heeft voor het woongenot van de aangrenzende percelen.