Gemeente:
Goes
Plannaam:
Buitengebied 2010
Status:
Onherroepelijk
Status Datum:
02-06-2011

Artikel 6 Bos

 

6.1 Bestemmingsomschrijving

 

6.1.1 De voor "Bos" aangewezen gronden zijn bestemd voor:

 

a. het behoud en de versterking van het bos voor natuur en landschap;

 

b. ontwikkeling van natuurwaarden zowel binnen het bosbeheer als door ontwikkeling van diversiteit in terreintypen;

 

c. dagrecreatief medegebruik zoals wandelen, fietsen, paardrijden en verpozen;

 

d. wegen, paden, parkeervoorzieningen, water, groenvoorzieningen en andere voorzieningen ten dienste van de bestemming.

 

6.2 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde of werkzaamheden

 

6.2.1 Verbod voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde of werkzaamheden zonder vergunning

 

Het is verboden om zonder vergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken en/of werkzaamheden uit te voeren:

 

a. het aanbrengen, verleggen en verbreden van paden, wegen en parkeergelegenheden alsmede het aanbrengen van oppervlakteverhardingen;

 

b. het aanbrengen en verleggen van boven- en ondergrondse transport-, energie- of telecommunicatieleidingen en de daarmee verband houdende constructies, installaties en apparatuur;

 

c. het ontginnen, verlagen, afgraven, ophogen of egaliseren van de bodem;

 

d. het graven, verbreden, dempen van sloten, het geheel of gedeeltelijk dempen van drinkputten en welen, het aanleggen van gesloten drainagesystemen of het diepploegen dieper dan 30 cm;

 

e. het wijzigen dan wel verwijderen, ofwel het vellen of rooien, van houtwalprofielen en houtgewassen;

 

f. het storten en lozen van specie;

 

g. het aanbrengen van voorzieningen voor extensieve dagrecreatie en/of natuurrecreatie, zoals picknickplaatsen.

 

6.2.2 Uitzondering op het verbod voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde of werkzaamheden

 

Het in lid 6.2.1 vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van:

 

a. 1. werken en/of werkzaamheden voor normaal onderhoud en beheer, mits deze niet leiden tot onevenredige schade aan en/of onomkeerbare gevolgen voor de landschappelijke of archeologische waarden;

 

2. werken of werkzaamheden die noodzakelijk zijn ten behoeve van de instandhouding van de waterkering;

 

b. werken en/of werkzaamheden welke worden uitgevoerd in een Natura 2000 gebied in de zin van de Natuurbeschermingswet 1998 en handelingen opleveren waarvoor een vergunning op grond van die Wet is vereist, dan wel handelingen welke zijn voorzien in een beheersplan als bedoeld in de Natuurbeschermingswet 1998.

 

6.2.3 Voorwaarden voor een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde of werkzaamheden

 

a. Werken en/of werkzaamheden als bedoeld in lid 6.2.1 zijn slechts toelaatbaar indien hierdoor de in lid 6.1. genoemde waarden:

 

1. niet worden aangetast of:

 

2. niet significant worden of kunnen worden aangetast, danwel de mogelijkheden voor het herstel van de waarden niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind en indien mitigerende en zonodig compenserende maatregelen worden getroffen;

 

b. alvorens te beslissen omtrent een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde of werkzaamheden die betrekking heeft op gronden die blijkens de bestemming een waterstaatkundige functie hebben, winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in van de waterkeringbeheerder omtrent de vraag of door het verlenen van die omgevingsvergunning de waterstaatkundige functie niet wordt geschaad;

 

c. alvorens te beslissen omtrent een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde of werkzaamheden die betrekking heeft op een gebied aangewezen als “vrijwaringszone - molenbiotoop” winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in van een deskundige moleninstantie omtrent de vraag of door het verlenen van die omgevingsvergunning de windvang voor de molen of de waarde van de molen als landschapbepalend element niet onevenredig in gevaar wordt of kan worden gebracht.