15.1 bestemmingsomschrijving
15.1.1 Bestemmingsomschrijving
De voor Sport aangewezen gronden zijn bestemd voor:
sport- en ontspanningsactiviteiten (zoals bijvoorbeeld een golfafslagbaan, sportvelden, sporthal, sportschool, squashcentrum, sauna, honk- en softbal, hockey, snookercentrum en tennisbaan);
horeca ten behoeve van de sportvoorzieningen ter plaatse van de aanduidingen horeca van categorie I: horeca tot categorie I van de Staat van horeca-activiteiten;
een discotheek ter plaatse van de aanduiding discotheek;
detailhandel in aanverwante sportartikelen;
met bijbehorende gebouwen, zoals kantines, club- en kleedgebouwen, tribunes, golfafslaggebouw, en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wegen en paden, horeca, sanitaire voorzieningen, parkeervoorzieningen, speelvoorzieningen, groenvoorzieningen, water en voorzieningen voor de waterhuishouding.
15.1.2 Bedrijfsvloeroppervlak
Voor de in artikel 15.1.1 onder d genoemde detailhandel geldt, dat het bedrijfsvloeroppervlak maximaal 50 m2 bedraagt.
15.1.3 Dienstwoningen
Dienstwoningen zijn niet toegestaan.
15.2 bouwregels
15.2.1 Gebouwen
Gebouwen voldoen aan de volgende kenmerken:
gebouwd binnen het bouwvlak met dien verstande dat buiten het bouwvlak gebouwen ten behoeve van opslag, stalling en onderhoud zijn toegestaan met een
gezamenlijke oppervlakte van maximaal 50 m2 en een bouwhoogte van maximaal 3 m;
ter plaatse van de aanduiding maximale goothoogte is ten hoogste de aangegeven maximale goothoogte toegestaan;
ter plaatse van de aanduiding maximale bouwhoogte is ten hoogste de aangegeven maximale bouwhoogte toegestaan.
15.2.2 Ondergrondse bouwwerken
Ondergrondse bouwwerken voldoen aan de volgende kenmerken:
het bepaalde in deze regels omtrent situering, de horizontale diepte en de oppervlakte van bouwwerken, alsmede bebouwingspercentage, op overeenkomstige wijze van toepassing is op ondergrondse bouwwerken;
de verticale bouwdiepte van een (ondergronds) bouwwerk mag maximaal 3 m bedragen.
15.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, maximaal:
speelinstallaties, lichtmasten en ballenvangers 15 m;
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde 10 m.
15.3 afwijking van de bouwregels
15.3.1 afwijking bouwhoogte lichtmasten
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 15.2.3 onder a voor het vergroten van de bouwhoogte van lichtmasten tot maximaal 22,5 m;
15.3.2 vereisten afwijking
15.3.3 Afwijking als bedoeld in artikel 15.3.1 kan slechts worden verleend, mits:
de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden niet onevenredig worden geschaad;
het straat- en bebouwingsbeeld niet onevenredig worden geschaad;
de haalbaarheid is aangetoond op het gebied van lichtuitstraling op basis van een lichtplan;
de haalbaarheid is aangetoond op het gebied van flora en fauna op basis van onderzoek.
15.4 specifieke gebruiksregels
Onder verboden gebruik als bedoeld in artikel 7.10 eerste lid Wro wordt mede verstaan:
een gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van sporten die veel omgevingslawaai tot gevolg hebben, zoals (model)vliegsport en motorcross;
het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van een hotel.
|