HOOFDSTUK 3 Algemene regels

 

Artikel 15 Anti-dubbeltelbepaling

 

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

 

Artikel 16 Uitsluiting aanvullende werking Bouwverordening

 

De voorschriften van de Bouwverordening ten aanzien van onderwerpen van stedenbouwkundige aard blijven overeenkomstig het gestelde in artikel 9 lid 2 van de Woningwet buiten toepassing, behoudens ten aanzien van de volgende onderwerpen:

  1. de richtlijnen voor het verlenen van ontheffing van de stedenbouwkundige bepalingen;

  2. de bereikbaarheid van gebouwen voor wegverkeer;

  3. de bereikbaarheid van gebouwen voor gehandicapten;

  4. het bouwen bij hoogspanningsleidingen en ondergrondse hoofdtransportleidingen;

  5. de parkeergelegenheid en laad- en losmogelijkheden; en

  6. de ruimte tussen bouwwerken.

 

Artikel 17 Algemene afwijkingsregels

 

Burgemeester en wethouders kunnen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, ontheffing verlenen van het bepaalde op de verbeelding en in deze regels voor:

  1. het afwijken met niet meer dan 10% van de in dit bestemmingsplan aangegeven percentages, maten en oppervlakten.

  2. het in geringe mate aanpassen van het beloop of het profiel van wegen of de aansluiting van wegen onderling, indien de verkeersveiligheid en/of ù6intensiteit daartoe aanleiding geven;

  3. de bestemmingsbepalingen ten aanzien van de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, en toestaan dat de hoogte van de bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wordt vergroot tot niet meer dan 10,00 m;

  4. de bestemmingsbepalingen ten aanzien van de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, en toestaan dat de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van civiele kunstwerken, geen gebouwen zijnde, wordt vergroot tot niet meer dan 40,00 m;

 

 

Artikel 18 Algemene wijzigingsregels

 

Burgemeester en wethouders kunnen de in het plan opgenomen bestemmingen wijzigen ten behoeve van overschrijding van bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein. De overschrijdingen mogen echter ten hoogste 3 m bedragen en het bestemmingsvlak mag met ten hoogste 10% worden vergroot.

 

 

Artikel 19 Geluidzone - industrie

 

19.1 Bestemmingsomschrijving

 

De voor ''geluidzone ù6 industrie'' aangewezen gronden zijn, naast de voor deze gronden andere aangewezen bestemmingen, primair bestemd voor het tegengaan van een te hoge geluidbelasting vanwege het gezoneerde industrieterrein, buiten de aangewezen gronden.

 

19.2 Gebruiksregels

 

a. gronden binnen het gezoneerde industrieterrein mogen niet zodanig worden gebruikt, dat als gevolg van dit gebruik de geluidbelasting op de buitenste grens van de als ''geluidzone ù6 industrie'' aangewezen gronden hoger wordt dan 50 dB(A);

b. bedrijfsgebouwen en gronden binnen het gezoneerde industrieterrein mogen niet zodanig worden gebruikt, dat als gevolg van dit gebruik de geluidbelasting op de gevel van woningen en van andere geluidgevoelige gebouwen alsmede aan de grens van geluidgevoelige terreinen binnen de ''geluidzone ù6 industrie'' hoger is dan 50 dB(A).

 

 

 

Artikel 20 Luchtvaartverkeerzone - lib

 

20.1 Luchtvaartverkeerzone-lib 2.2.1

Voor zover de gronden, met de aanduiding Luchtvaartverkeerzone, zijn gelegen binnen de luchtvaartverkeerzone-LIB artikel 2.2.1, zoals aangegeven in bijlage 221, gelden de beperkingen met betrekking gevoelige bestemmingen. In het LIB zijn deze geclassificeerd als woningen, woonwagens, woonschepen, gebouwen met een gezondheidszorgfunctie en gebouwen met een onderwijsfunctie.

 

20.2 Luchtvaartverkeerzone-kib 2.2.2

Voor zover de gronden, met de aanduiding ù1Luchtvaartverkeerzoneù2, zijn gelegen binnen de luchtvaartverkeerzone-LIB artikel 2.2.2, zoals aangegeven in bijlage 222, gelden de beperkingen met betrekking tot de hoogte van gebouwen, andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde en objecten, gesteld in artikel 2.2.2 van het ù3Luchthavenindelinbesluit Schipholù4.

 

 

 

20.3 Luchtvaartverkeerzone-lib 2.2.3

Voor zover de gronden, met de aanduiding ù1Luchtvaartverkeerzoneù2, zijn gelegen binnen de luchtvaartverkeerzone-LIB artikel 2.2.3, zoals aangegeven in bijlage 223, gelden beperkingen met betrekking tot de vogelaantrekkende werking gesteld in artikel 2.2.3 van het ù3Luchthavenindelingbesluit Schipholù4.

 

 

Artikel 21 Vrijwaringszone - straalpad

 

21.1 Omschrijving

Ter plaatse van de aanduiding ''vrijwaringszone - straalpad'' gelden bouwhoogte beperkingen

 

21.2 Bouwregels

21.2.1. Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

 

21.2.2. Voor het bouwen van een bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt dat de hoogte van niet meer mag zijn dan 6 meter.