26.1 Bestemmingsomschrijving
De voor ‘Wonen - Woongebouw’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:
-
woongebouwen, al dan niet in combinatie met ruimte voor een aan-huis-verbonden beroep of bedrijf;
-
bijbehorende bouwwerken bij woongebouwen,
en tevens voor:
-
kantoren, uitsluitend ter plaatse van het adres Olifantsteiger 12;
en daaraan ondergeschikt:
-
wegen, woonstraten en voet- en fietspaden, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding “onderdoorgang” de bestaande functie van de onderdoorgang dient te worden gehandhaafd;
-
parkeervoorzieningen;
-
groenvoorzieningen;
-
speelvoorzieningen;
-
waterlopen en waterpartijen,
met de daarbij behorende:
-
tuinen en erven;
-
bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
Ten aanzien van de uitoefening van een aan-huis-verbonden beroepen of -bedrijven geldt dat een hoofdgebouw en de bijbehorende bouwwerken mogen worden gebruikt in combinatie met aan-huis-verbonden beroepen of -bedrijven, mits:
-
de gezamenlijke bedrijfsvloeroppervlakte niet meer bedraagt dan 30% van de totale gezamenlijke vloeroppervlakte op de begane grond van de aanwezige bebouwing op het perceel, met een maximum van 50 m²;
-
uitsluitend reclame-uitingen zijn toegestaan in overeenstemming met het gemeentelijk reclamebeleid;
-
het niet gaat om vormen van horeca en/of detailhandel, anders dan ondergeschikte en/of productiegebonden detailhandel;
-
het beroep wordt uitgeoefend door één van de bewoners van de woning;
-
het parkeren op eigen erf plaatsvindt, dan wel in overeenstemming is met het gemeentelijk parkeerbeleid;
-
de verkeersdruk in de naaste omgeving niet onevenredig toeneemt als gevolg van de voorgenomen activiteit;
-
op de bij de betreffende woning behorende gronden geen buitenopslag van goederen ten behoeve van het aan huis gebonden beroep plaatsvindt.
26.2 Bouwregels
-
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
-
woongebouwen zullen binnen een bouwvlak worden gebouwd;
-
de goot- en bouwhoogte zullen niet meer dan de ter plaatse van de aanduiding "maximale goot- en bouwhoogte (m)" aangegeven hoogte bedragen, dan wel niet meer dan de bestaande maten, indien deze meer bedragen;
-
gebouwen dienen met een kap te worden afgedekt in de vorm van een zadeldak, een schilddak, een afgeknot schilddak, een mansardekap, dan wel samengestelde delen van deze kapvormen, waarvan:
-
de dakhelling van het bovenste dakvlak van een mansardekap minimaal 20° dient te bedragen en de dakhelling van het onderste dakvlak van een mansardekap maximaal 80° zal bedragen dan wel niet minder dan wel meer dan de bestaande dakhelling, indien deze minder dan wel meer bedraagt;
-
de dakhelling van de overige kapvormen minimaal 40° dient te bedragen en maximaal 60° zal bedragen, dan wel niet minder dan wel meer dan de bestaande dakhelling, indien deze minder dan wel meer bedraagt;
-
ter plaatse van de aanduiding “karakteristiek” zal de maatvoering van een gebouw de bestaande maatvoering en kapvorm zijn.
-
Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken bij woningen gelden de volgende regels:
-
de gezamenlijke oppervlakte van de bijbehorende bouwwerken per woning zal ten hoogste 20 m² bedragen;
-
de gezamenlijke oppervlakte van de bijbehorende bouwwerken zal ten hoogste 50% van de oppervlakte van het binnen het bouwvlak gelegen gedeelte van het bouwperceel verminderd met de oppervlakte van het hoofdgebouw, bedragen;
-
de bijbehorende bouwwerken zullen in of ten minste 1 m achter (het verlengde van) de voorgevelrooilijn worden gebouwd;
-
de goothoogte van een aangebouwd bijbehorend bouwwerk zal ten hoogste gelijk zijn aan de hoogte van de eerste bouwlaag van het woongebouw;
-
de goothoogte van een vrijstaand bijbehorend bouwwerk zal ten hoogste 3 m bedragen;
-
de bouwhoogte van een bijbehorend bouwwerk zal ten hoogste 5 m bedragen;
-
de dakhelling van een bijbehorend bouwwerk zal ten hoogste 60° bedragen;
-
een bijbehorend bouwwerk zal uit niet meer dan 1 bouwlaag bestaan, dan wel het bestaande aantal indien dit meer is.
-
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
-
de hoogte van erf- en terreinafscheidingen zal ten hoogste 2 m bedragen, met dien verstande dat de hoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór een naar de weg gekeerde zijde van een gebouw ten hoogste 1 m zal bedragen;
-
de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5 m bedragen.
26.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
-
de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
-
het straat- en bebouwingsbeeld;
-
de verkeersveiligheid;
-
de woonsituatie;
-
de cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het beschermde stadsgezicht als bedoeld in artikel 35,
bij een omgevingsvergunning afwijken van:
-
het bepaalde in lid 26.2, sub a, onder 3 en toestaan dat een gebouw geheel of gedeeltelijk wordt voorzien van een plat dak of dat wordt afgeweken van de voorgeschreven kapvorm;
-
het bepaalde in lid 26.2, sub a, onder 4 door bij het teloor gaan van een als “karakteristiek” aangeduid bouwwerk een maatvoering voor te schrijven die aansluit bij de omgeving;
-
het bepaalde in lid 26.2, sub c, onder 1 en toestaan dat een erf- en terreinafscheiding met een bouwhoogte van ten hoogste 2 m vóór een naar de weg gekeerde zijde van een gebouw wordt gebouwd.
26.4 Specifieke gebruiksregels
Onder met deze bestemming strijdig gebruik wordt begrepen het gebruik dat afwijkt van de bestemmingsomschrijving, waaronder in ieder geval wordt begrepen:
-
het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken voor bewoning;
-
het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van bed and breakfast en bedrijfsdoeleinden, met uitzondering van aan-huis-verbonden-beroepen en bedrijven, zoals aangegeven in lid 26.1.
26.5 Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
-
de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
-
het straat- en bebouwingsbeeld;
-
een goede waterhuishouding;
-
de verkeersveiligheid;
-
de woonsituatie,
bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 26.4, sub b en toestaan dat gronden en bouwwerken worden gebruikt ten behoeve van kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten, mits:
-
de gezamenlijke bedrijfsvloeroppervlakte niet meer bedraagt dan 30% van de totale gezamenlijke vloeroppervlakte op de begane grond van de aanwezige bebouwing op het perceel, met een maximum van 50 m²;
-
de functie bed and breakfast niet in vrijstaande bijbehorende bouwwerken mag worden uitgeoefend, met uitzondering van vrijstaande bijbehorende bouwwerken die als karakteristiek kunnen worden of zijn aangemerkt;
-
uitsluitend reclame-uitingen zijn toegestaan in overeenstemming met het gemeentelijk reclamebeleid;
-
het niet gaat om vormen van horeca en/of detailhandel, anders dan ondergeschikte en/of productiegebonden detailhandel;
-
de activiteit wordt uitgeoefend door één van de bewoners van de woning;
-
het parkeren op eigen erf plaatsvindt, dan wel in overeenstemming is met het gemeentelijk parkeerbeleid;
-
de verkeersdruk in de naaste omgeving niet onevenredig toeneemt als gevolg van de voorgenomen activiteit;
-
op de bij de betreffende woning behorende gronden geen buitenopslag van goederen ten behoeve van het bedrijf plaatsvindt.