3 Algemene regels
Artikel 29 Anti-dubbeltelregel
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Artikel 30 Algemene bouwregels
30.1 Bestaande bouwwerken
30.1.1 Bestaande afmetingen bouwwerken
In die gevallen dat de bestaande goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte en/of inhoud van bouwwerken, die in overeenstemming met het bepaalde in de Woningwet tot stand zijn gekomen meer bedraagt dan in de bouwregels in hoofdstuk 2 van deze regels is toegestaan, geldt die goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte en/of inhoud in afwijking daarvan als maximaal toegestaan.
30.1.2 Bestaanden afstanden bouwwerken
In die gevallen dat de bestaande afstand tot enige op de verbeelding aangegeven lijn van bouwwerken, die in overeenstemming met het bepaalde in de Woningwet tot stand zijn gekomen minder bedraagt dan in de bouwregels in hoofdstuk 2 van deze regels is voorgeschreven, geldt die afstand in afwijking daarvan als minimaal toegestaan.
30.1.3 Bestaand bebouwingspercentage
In die gevallen dat een bestaand bebouwingspercentage, dat in overeenstemming met het bepaalde in de Woningwet tot stand is gekomen, meer bedraagt dan in de bouwregels in hoofdstuk 2 van deze regels is voorgeschreven, geldt dat bebouwingspercentage in afwijking daarvan als maximaal toegestaan.
30.2 Dakhelling
Indien een gebouw met een kap is afgedekt mag de dakhelling niet meer dan 65˚ bedragen.
Artikel 31 Algemene gebruiksregels
31.1 Algemeen gebruiksverbod
Het is verboden de in dit plan begrepen gronden en de daarop voorkomende bouwwerken te gebruiken of te laten gebruiken voor een doel of op een wijze strijdig met het in dit plan bepaalde.
31.2 Specifiek gebruiksverbod
Onder gebruik in strijd met alle bestemmingen wordt in ieder geval verstaan:
-
gebruik van de gronden en bouwwerken ten behoeve van prostitutie tenzij dit gebruik middels deze regels is toegestaan;
-
gebruik van de gronden en bouwwerken bestemd voor recreatie ten behoeve van permanente bewoning met uitzondering van de toegestane bedrijfswoning.
31.3 Evenementen
31.3.1 Duur evenementen
De gronden en bouwwerken binnen het plangebied mogen worden gebruikt ten behoeve van evenementen met een maximum van drie per jaar en een duur van ten hoogste vijftien dagen per evenement, het opbouwen en afbreken van voorzieningen ten behoeve van het evenement hieronder begrepen.
31.3.2 Uitzondering duur evenementen
In aanvulling op het bepaalde in artikel 31.3.1 zijn binnen de bestemmingen Groen, Verkeer en Water evenementen in het algemeen toegestaan. De beperkingen die zijn opgenomen in artikel 31.3.1 met betrekking tot de duur van evenementen geldt niet voor evenementen binnen deze bestemmingen.
Artikel 32 Algemene aanduidingsregels
32.1 milieuzone - geurzone
32.1.1 Aanduidingsomschrijving
Ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - geurzone' zijn de gronden tevens bestemd voor de bescherming van het woon- en leefklimaat in verband met de aanwezigheid van het geurhinderveroorzakend object.
32.1.2 Bouwregels
In afwijking van het bepaalde bij de daar voorkomende bestemmingen, zijn geen nieuwe geurgevoelige objecten toegestaan.
32.1.3 Afwijken van de bouwregels
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in 32.1.2 voor het bouwen van nieuwe woningen overeenkomstig de daar voorkomende bestemmingen, mits de geurhinderveroorzakende activiteiten van het geurhinderveroorzakende object feitelijk zijn geëindigd en het niet langer mogelijk dan wel toegestaan is om ter plaatse geurhinderveroorzakende activiteiten uit te voeren.
32.1.4 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, op grond van en met in achtneming van het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de aanduidingen 'milieuzone - geurzone' te verwijderen indien de geurhinderveroorzakende activiteiten ter plaatse blijvend zijn beëindigd.
32.2 Veiligheidszone - bevi
32.2.1 veiligheidszone - bevi 1
Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - bevi 1' zijn de gronden tevens bestemd voor het tegengaan van een te hoog veiligheidsrisico van kwetsbare objecten en beperkt kwetsbare objecten. In afwijking van het bepaalde in de daar voorkomende bestemmingen zijn in of op deze gronden geen kwetsbare objecten of beperkt kwetsbare objecten toegestaan.
32.2.2 veiligheidszone - bevi 2
Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - bevi 2' zijn de gronden tevens bestemd voor het tegengaan van een te hoog veiligheidsrisico van kwetsbare objecten en beperkt kwetsbare objecten. In afwijking van het bepaalde in de daar voorkomende bestemmingen zijn in of op deze gronden geen kinderdagverblijven en verpleegfuncties toegestaan.
32.2.3 Afwijking van de gebruiksregels
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van:
-
het bepaalde in artikel 32.2.1 teneinde beperkt kwetsbare objecten toe te staan, met dien verstande dat toename van het aantal personen ten gevolge van het toestaan van deze functies dient te worden verantwoord en bij gelijkblijvend of vermindering van het aantal personen de veiligheidssituatie niet mag verslechteren.
-
het bepaalde in 32.2.2 teneinde kinderdagverblijven of verpleegfuncties toe te staan, met dien verstande dat toename van het aantal personen ten gevolge van het toestaan van deze functies dient te worden verantwoord.
32.2.4 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, op grond van en met in achtneming van het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening de aanduidingen 'veiligheidszone - bevi 1' en 'veiligheidszone - bevi 2' te verwijderen indien de risicovolle activiteiten ter plaatse blijvend zijn beëindigd.
32.3 wro-zone - wijzigingsgebied 1
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen door de gronden ter plaatse van de aanduiding 'Wro-zone - wijzigingsgebied 1' te wijzigen in de bestemmingen 'Groen', 'Verkeer' en 'Water', met inachtneming van de volgende voorwaarden:
-
er mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van in de omgeving aanwezige functies en waarden.
32.4 wro-zone - wijzigingsgebied 2
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen door de gronden ter plaatse van de aanduiding 'Wro-zone - wijzigingsgebied 2' te wijzigen teneinde woningen, daaronder begrepen woon/werkunits, maatschappelijke voorzieningen en dienstverlening, groen, verkeer en water toe te staan met inachtneming van de volgende voorwaarden:
-
het aantal woningen bedraagt maximaal 300;
-
zowel grondgebonden als gestapelde woningen zijn toegestaan;
-
de bouwhoogte van gestapelde woningen bedraagt maximaal 32 m;
-
het aantal bouwlagen van hoofdgebouwen ten behoeve van gestapelde woningen bedraagt maximaal 10;
-
de bouwhoogte van grondgebonden woningen bedraagt maximaal 12 m;
-
het aantal bouwlagen van hoofdgebouwen ten behoeve van grondgebonden woningen bedraagt maximaal 4;
-
het gezamenlijk vloeroppervlak van maatschappelijke voorzieningen, niet zijnde woonzorginstellingen, en dienstverlening bedraagt minimaal 1.200 m2 en maximaal 3.500 m2, met uitzondering van voorzieningen ten behoeve van woningen;
-
uitsluitend de eerste twee bouwlagen van de gebouwen mogen worden gebruikt ten behoeve van de voorzieningen zoals genoemd onder sub g;
-
er wordt een verkeersroute gerealiseerd;
-
de watergang 'Doode Linge' wordt gehandhaafd of uitgebreid met langs de oever(s) groenvoorzieningen;
-
er mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van in de omgeving aanwezige functies en waarden.
32.5 wro-zone - wijzigingsgebied 3
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen door de gronden ter plaatse van de aanduiding 'Wro-zone - wijzigingsgebied 3' te wijzigen in de bestemmingen 'Sport', 'Groen','Verkeer' en 'Water', met inachtneming van de volgende voorwaarden:
-
in verband met de wijziging kunnen bouwvlaken en andere aanduidingen op de verbeelding worden aangebracht;
-
de bouwhoogte van gebouwen bedraagt maximaal 12 m;
-
maximaal 33 % van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'Wro-zone-wijzigingsgebied 3' mag worden bebouwd;
-
er mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van in de omgeving aanwezige functies en waarden.
32.6 wro-zone - wijzigingsgebied 4
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen door de gronden ter plaatse van de aanduiding 'Wro-zone - wijzigingsgebied 4' te wijzigen in de bestemmingen 'Wonen', 'Tuin', 'Groen', 'Verkeer' en 'Water', met inachtneming van de volgende voorwaarden:
-
het aantal woningen bedraagt maximaal 35;
-
uitsluitend grondgebonden woningen zijn toegestaan;
-
de bouwhoogte van woningen bedraagt maximaal 10 m;
-
er mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van in de omgeving aanwezige functies en waarden.
32.7 wro-zone - wijzigingsgebied 5
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen door de gronden ter plaatse van de aanduiding 'Wro-zone - wijzigingsgebied 5' te wijzigen teneinde gestapelde woningen, maatschappelijke voorzieningen en dienstverlening, groen, verkeer en water toe te staan, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
-
het aantal woningen bedraagt maximaal 100;
-
de bouwhoogte van gebouwen bedraagt maximaal 18 m;
-
het gezamenlijk vloeroppervlak van maatschappelijke voorzieningen en dienstverlening bedraagt maximaal 1.000 m2;
-
uitsluitend de eerste bouwlaag van de gebouwen mogen worden gebruikt ten behoeve van de voorzieningen zoals genoemd onder sub c;
-
er mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van in de omgeving aanwezige functies en waarden.
32.8 wro-zone - wijzigingsgebied 6
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen door de gronden ter plaatse van de aanduiding 'Wro-zone - wijzigingsgebied 6' te wijzigen in de bestemmingen 'Wonen', 'Tuin', 'Groen', 'Verkeer' en 'Water', met inachtneming van de volgende voorwaarden:
-
het aantal woningen bedraagt maximaal 35;
-
uitsluitend grondgebonden woningen zijn toegestaan;
-
het aantal bouwlagen van gebouwen bedraagt maximaal 3;
-
de bouwhoogte van woningen bedraagt maximaal 10 m;
-
er mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van in de omgeving aanwezige functies en waarden.
32.9 wro-zone - wijzigingsgebied 7
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen door de gronden ter plaatse van de aanduiding 'Wro-zone - wijzigingsgebied 7' te wijzigen door het bouwvlak te vergroten, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
-
de oppervlakte van het bouwvlak mag met maximaal 3.000 m2 worden uitgebreid;
-
de bouwhoogte van gebouwen ter plaatse van de uitbreiding van het bouwvlak bedraagt maximaal 12 m;
-
er mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van in de omgeving aanwezige functies en waarden.
32.10 wro-zone - wijzigingsgebied 8
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen door de gronden ter plaatse van de aanduiding 'Wro-zone - wijzigingsgebied 8' te wijzigen teneinde woningen, maatschappelijke voorzieningen, dienstverlening, kantoren, groen, verkeer en water toe te staan met inachtneming van de volgende voorwaarden:
-
het aantal woningen bedraagt maximaal 300;
-
zowel grondgebonden als gestapelde woningen zijn toegestaan;
-
de bouwhoogte van gestapelde woningen bedraagt maximaal 32 m;
-
de bouwhoogte van grondgebonden woningen bedraagt maximaal 12 m;
-
het aantal bouwlagen van gebouwen bedraagt minimaal 2 en maximaal 10;
-
het gezamenlijk vloeroppervlak van maatschappelijke voorzieningen, niet zijnde woonzorginstellingen, dienstverlening en kantoren bedraagt minimaal 3.000 m2 en maximaal 11.000 m2, met uitzondering van voorzieningen ten behoeve van woningen;
-
er mag geen onevenredige aantasting plaatsvinden van in de omgeving aanwezige functies en waarden.
Artikel 33 Algemene afwijkingsregels
Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken , mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, van:
-
de bestemmingsregels en toestaan dat het beloop of het profiel van wegen of de aansluiting van wegen onderling in geringe mate wordt aangepast, indien de verkeersveiligheid en/of -intensiteit daartoe aanleiding geven;
-
de bestemmingsregels en toestaan dat bouwgrenzen worden overschreden, indien een meetverschil daartoe aanleiding geeft;
-
de bestemmingsregels ten aanzien van de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, en toestaan dat de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van kunstwerken, geen gebouwen zijnde, en ten behoeve van zend-, ontvang- en/of sirenemasten, wordt vergroot tot niet meer dan 40 m;
-
het bepaalde ten aanzien van de maximale bouwhoogte van gebouwen ten behoeve van plaatselijke verhogingen, zoals schoorstenen, luchtkokers, liftkokers en lichtkappen, mits:
-
de oppervlakte van de verhoging niet meer dan 25% van de oppervlakte van het gebouw bedraagt;
-
de bouwhoogte niet meer dan 1,25 maal de maximale bouwhoogte van het betreffende gebouw bedraagt met een maximum van 4 m.
-