Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Keizershoeve 2
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0209.BPKeizershoeve2-vadf

Artikel 6 Woongebied

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Woongebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
  1. wonen;
  2. een niet-publieksgerichte aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit, met inachtneming van het bepaalde in artikel 6 lid 3.2;
één en ander met bijbehorende bouwwerken, groen- en verkeersvoorzieningen, nutsvoorzieningen en voorzieningen voor regenwaterretentie.
 

6.2 Bouwregels

6.2.1 Algemeen

Gebouwen moeten voldoen aan de volgende kenmerken:
  1. hoofdgebouwen ten behoeve van de in artikel 6 lid 1  bedoelde woondoeleinden mogen uitsluitend worden gebouwd binnen een bouwvlak;
  2. het totaal aantal woningen binnen alle voor ‘Woongebied’ aangewezen gronden tezamen mag niet meer bedragen dan 182, waarvan 35% sociale woningen en 65% vrije sector woningen;
  3. ter plaatse van de aanduiding ’maximum aantal wooneenheden’ mag het aantal woningen niet meer bedragen dan is aangegeven;
  4. ter plaatse van de aanduiding ‘minimum aantal wooneenheden’ mag het aantal woningen niet minder bedragen dan is aangegeven;
  5. ter plaatse van de aanduiding ‘minimum aantal wooneenheden’ dient bij het verlenen van een omgevingsvergunning voor de bouw van een woning (c.q. meerdere woningen) aangetoond te worden dat binnen het aangeduide gebied voorzien kan worden in de bouw van het minimum aangegeven aantal woningen.
 

6.2.2 Situering en maatvoering van hoofdgebouwen

Een hoofdgebouw moet voldoen aan de volgende kenmerken:
  1. de maximale goot- en bouwhoogte mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' is aangegeven;
  2. de afstand van een hoofdgebouw tot de perceelsgrenzen mag nergens minder bedragen dan 1 m;
  3. de oppervlakte van een hoofdgebouw mag niet meer bedragen dan 60% van het kaveloppervlak;
  4. dakkapellen mogen worden gerealiseerd mits deze tenminste 0,50 m boven de voet van het dak en ten minste 0,50 m onder de nok van het dak worden geplaatst, mits de hoogte van de dakkapel niet meer bedraagt dan 1,50 m gemeten vanaf de voet van de dakkapel tot aan de goot van de dakkapel en over de gehele breedte van het dakvlak behoudens op naar de openbare weg gekeerde dakvlakken, waar dakkapellen een maximale breedte van 1/3 van de breedte van het dakvlak, waarin de dakkapel wordt geplaatst, mogen hebben.
 

6.2.3 Situering en maatvoering van bijbehorende bouwwerken

Bijbehorende bouwwerken bij een woning moeten voldoen aan de volgende kenmerken:
  1. bijbehorende bouwwerken bij een woning mogen uitsluitend worden gebouwd op tenminste 1 m achter de voorgevel en het denkbeeldig verlengde daarvan;
  2. de goothoogte mag niet meer bedragen dan 3,75 m;
  3. de bouwhoogte van vrijstaande bijbehorende bouwwerken met een kap mag niet meer bedragen dan 7 m;
  4. de bouwhoogte van aan het hoofdgebouw gebouwde bijbehorende bouwwerken mag niet meer bedragen dan 0,3 m boven de begane grondbouwlaag van het hoofdgebouw, tot een maximum van 4,25 m;
  5. voor erkers, balkons en entreepartijen aan de voorgevel van het hoofdgebouw geldt het volgende;
    1. de oppervlakte mag niet meer bedragen dan 4 m²;
    2. de maximale bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 3,75 m;
    3. de maximale bouwdiepte mag niet meer bedragen dan 1 m, gerekend vanuit de gevel waaraan gebouwd wordt;
    4. voor zover de afmetingen van een bestaande, legaal gebouwde, bouwwerken reeds meer bedraagt geldt de bestaande maatvoering als maximum;
  6. de gezamenlijke oppervlakte van bijbehorende bouwwerken mag niet meer bedragen dan 50% van het oppervlak van het hoofdgebouw.
 

6.2.4 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde bij een woning

Bouwwerken, geen gebouwen zijnde bij een woning moeten voldoen aan de volgende kenmerken:
  1. de bouwhoogte van erf- of perceelafscheidingen op ten minste 1 m achter de voorgevel en op ten minste 1 m van de weg of het openbaar groen mag niet meer bedragen dan 2 m;
  2. de bouwhoogte van overige erf- of terreinafscheidingen mag niet meer bedragen dan 1 m;
  3. de bouwhoogte van pergola's en carports mag niet meer bedragen dan 3 m;
 

6.2.5 Bouwwerken, niet behorende bij een woning

Bouwwerken, niet behorende bij een woning moeten voldoen aan de volgende kenmerken:
  1. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 3 m, behoudens van palen, masten en verkeerstekens, waarvan de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 9 m;
  2. voor nutsvoorzieningen zoals pompgemalen, verdeel-, regel- of transformatorruimten, telefooncentrales, geldautomaten en abri's mag de oppervlakte niet meer bedragen dan 30 m².
 

6.2.6 Voorwaardelijke verplichting

Het realiseren van woningen, overeenkomstig artikel 6 lid 1, binnen de zone met de aanduiding "Milieuzone - zones wet milieubeheer" is slechts toegestaan indien onherroepelijk vaststaat dat deze niet meer gelegen zijn binnen de hindercirkel van het bedrijf aan de Koningstraat nummer 2 te Ewijk.
 

6.3 Specifieke gebruiksregels

6.3.1 Strijdig gebruik

Tot een strijdig gebruik wordt in elk geval gerekend het gebruiken of laten gebruiken van gronden en bouwwerken voor:
  1. buitenopslag;
  2. een publieksgerichte beroeps- of bedrijfsactiviteit aan huis;
  3. detailhandel;
  4. bewoning van vrijstaande bijbehorende bouwwerken;
  5. meer dan 15 m² aan bijbehorende bouwwerken voor het houden van dieren.
 

6.3.2 Niet-publieksgerichte beroeps- of bedrijfsactiviteit

Binnen deze bestemming wordt het gebruik van ruimten binnen de woning en bijbehorende bouwwerken ten behoeve van de uitoefening van een niet-publieksgerichte aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit als gebruik overeenkomstig de bestemming aangemerkt, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
  1. maximaal 45% van het bruto-vloeroppervlak van de woning en de bijbehorende bouwwerken, tot ten hoogste 45 m² mag worden gebruikt voor de aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit;
  2. degene die de activiteiten uitvoert, dient tevens de bewoner van de woning te zijn;
  3. de aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit is ondergeschikt aan de woonfunctie;
  4. uitsluitend is toegestaan een inrichting type a conform het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenbesluit).
 

6.4 Afwijken van de gebruiksregels

6.4.1 Omgevingsvergunning publieksgerichte aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit

Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 6 lid 3.2  ten behoeve van het gebruik van ruimten binnen de woning en/of bijbehorende bouwwerken voor een publieksgerichte beroeps- of bedrijfsactiviteit aan huis mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
  1. maximaal 45% van het bruto-vloeroppervlak van de woning en de bijbehorende bouwwerken, tot ten hoogste 45 m² mag worden gebruikt voor publieksgerichte beroeps- of bedrijfsactiviteiten aan huis;
  2. degene die de activiteiten uitvoert, dient tevens de bewoner van de woning te zijn;
  3. het gebruik blijft ondergeschikt aan de woning;
  4. de noodzakelijke parkeervoorzieningen dienen op eigen terrein te worden gesitueerd of in de directe omgeving, mits hierdoor geen overlast wordt veroorzaakt;
  5. het gebruik mag geen ernstige hinder voor het woonmilieu opleveren en mag ook geen afbreuk doen aan het woonkarakter van de wijk of buurt.
 

6.4.2 Omgevingsvergunning mantelzorg

Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 6 lid 3.1 sub d  en toestaan dat een vrijstaand bijbehorend bouwwerk wordt gebruikt als afhankelijke woonruimte ten behoeve van mantelzorg, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
  1. een dergelijke bewoning is aantoonbaar nodig vanuit een oogpunt van mantelzorg. Alvorens een omgevingsvergunning te verlenen vraagt het bevoegd gezag hieromtrent advies aan een onafhankelijk terzake deskundige instantie;
  2. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van in het geding zijnde belangen, waaronder die van omwonenden en (agrarische) bedrijven;
  3. de afhankelijke woonruimte wordt ingepast binnen de vigerende regeling inzake bijbehorende bouwwerken;
  4. er dient gebruik te worden gemaakt van het dichtst bij de hoofdwoning gelegen bouwwerk, tenzij op grond van doelmatigheidsmotieven een ander op het perceel gelegen bijbehorend bouwwerk meer geschikt is;
  5. de afhankelijke woonruimte dient te worden bewoond door degene(n) die de zorg nodig heeft / hebben;
  6. de voorziening dient te voldoen aan de eisen van het bouwbesluit;
  7. zakenrechtelijke splitsing is niet toegestaan;
  8. de afhankelijke woonruimte mag geen eigen perceelsontsluiting hebben;
  9. parkeren dient op eigen erf plaats te vinden.
 

6.5 Wijzigingsbevoegdheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het maximaal aantal te bouwen woningen in het plan geheel of gedeeltelijk te wijzigen mits:
  1. het totaal aantal toegestane woningen met niet meer dan 10% toeneemt;
  2. het totaal aantal woningen moet passend zijn binnen de geldende woningbouwprogrammering van de gemeente Beuningen, ook in relatie tot de daarin opgenomen overige woningbouwlocaties;
  3. de structuur zoals deze ten grondslag ligt aan het plan, bestaande uit het principeverloop van de verkeersafwikkeling, het principe van het beeldkwaliteitsplan, het principe van de groenstructuur en het solitaire karakter van de woninggroeperingen ongewijzigd blijft;
  4. sprake blijft van een samenhangende stedenbouwkundige- /ruimtelijke structuur;
  5. het totaal uitgeefbaar gebied van maximaal 50.000 m² niet wordt overschreden;
  6. de wijziging voorziet in grondgebonden woningen en ten hoogste 10% van het totaal aan woningen in de vorm van gestapelde woningen;
  7. in het wijzigingsplan voorzien wordt in tenminste 2 parkeerplaatsen per woning, waarvan tenminste 1 parkeerplaats op eigen erf;
  8. in het wijzigingsplan inzicht wordt gegeven in de uitkomsten van onderzoek naar geluidhinder wegverkeer, luchtkwaliteit, externe veiligheid, regenwaterretentie en de financieel-economische uitvoerbaarheid, waarbij moet zijn gebleken dat de betreffende belangen in voldoende mate zijn verzekerd;
  9. de bestaande regels van de bestemming Woongebied van toepassing worden verklaard.