48.1 Bronnen
Ter plaatse van de aanduiding 'bronnen' dienen de hydrologische waarden, in het bijzonder de kwel, het watersysteem en de waterkwaliteit, te worden hersteld, behouden en ontwikkeld. De natuurlijke waarden rondom deze gebieden dienen, voor zover het (agrarisch) gebruik dit toelaat, in stand te worden gehouden en ontwikkeld.
48.1.1 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren, zulks ongeacht het bepaalde in de bij de andere op deze gronden van toepassing zijnde bestemmingen:
1. het graven en dempen van sloten en andere watergangen, het vergroten of verkleinen van het doorstroomprofiel en het aanbrengen of verwijderen van dammen en stuwen;
2. het aanbrengen van drainage.
b. Het onder a vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden, die:
1. het normale onderhoud betreffen;
2. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan.
c. De onder a genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de hydrologische waarden van de gronden, de natuurlijke waarden en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
48.2 Essen
Ter plaatse van de aanduiding 'essen' dienen de karakteristieke openheid, bodemkwaliteit en reliëf van de essen en steilranden met bijbehorende beplanting te worden hersteld, behouden en ontwikkeld.
De beperkingen die aan het bouwen en het gebruik van de essen zijn verbonden, zijn opgenomen in de bestemmingsregels.
48.3 Geluidzone – vliegveld
In afwijking van hetgeen elders in deze regels is bepaald, mogen ter plaatse van de aanduiding 'geluidzone – vliegveld 1' (45 Ke), 'geluidzone – vliegveld 2' (40 Ke) en 'geluidzone – vliegveld 3’ (35 Ke), woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen alsmede woonwagenstandplaatsen in de zin van het in bijlage 4 opgenomen Besluit geluidsbelasting grote luchtvaart alleen worden opgericht, indien wordt voldaan aan het bepaalde in hoofdstuk 3, titels 1 en 2 van genoemd besluit.
48.4 milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied
Ter plaatse van de aanduiding ‘milieuzone – grondwaterbeschermingsgebied’ geldt dat deze gronden zijn aangewezen voor de bescherming en veiligstelling van de kwaliteit van het grondwater.
48.4.1 Bouwregels
Er mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd.
In afwijking van het vorenstaande mogen er bouwwerken ten dienste van de onderliggende bestemmingen en ten dienste van de grondwaterwinning worden gebouwd, mits de kwaliteit van het grondwater daardoor niet wordt geschaad.
48.4.2 Specifieke gebruiksregels
Het is niet toegestaan –door middel van de in dit plan opgenomen flexibiliteitsbepalingen– wijzigingen aan te brengen in het toegestane gebruik van de gronden, uitgezonderd indien het vormen van gebruik betreffen die harmoniëren met de functie voor de drinkwatervoorziening als vermeld in bijlage 5 Functies en waterwinning, behorende bij de regels.
48.4.3 Afwijken van de gebruiksregels
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 48.4.2, mits vooraf advies wordt ingewonnen bij de provincie Overijssel, voor een verruiming van het toegestane gebruik ten behoeve van grote en grootschalige risicovolle activiteiten/functies als vermeld in bijlage 5, Functies en waterwinning, behorende bij de regels, mits:
1. deze functie voldoet aan de eis van een goede ruimtelijke ordening;
2. de risico’s op de verontreiniging van het grondwater niet worden vergroot en de grondwaterkwaliteit niet verminderd.
48.4.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren, zulks ongeacht het bepaalde in de bij de andere op deze gronden van toepassing zijnde bestemmingen:
1. het indrijven van voorwerpen in de bodem zoals damwanden, diepwanden of schermen, alsmede het verwijderen van deze voorwerpen;
2. het maken en/of het buiten gebruik stellen van boorputten;
3. het realiseren van ondergrondse bouwwerken;
4. het realiseren van funderingswerken dieper dan 1 m beneden peil, zoals het aanbrengen van palen in de grond;
5. het draineren, afgraven of vergraven van gronden;
6. het graven, vergraven of dempen van sloten.
b. Het onder a vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden:
1. die het normale onderhoud en/of beheer betreffen;
2. die reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan;
3. waarvoor op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan een omgevingsvergunning is verleend.
c. De onder a genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien door die werken en werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen de kwaliteit van het grondwater niet onevenredig wordt aangetast.
48.5 Milieuzone – intrekgebied
Ter plaatse van de aanduiding ‘milieuzone – intrekgebied’ geldt dat deze gronden zijn aangewezen voor de bescherming en veiligstelling van de kwaliteit van het grondwater.
48.5.1 Bouwregels
Er mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd.
In afwijking van het vorenstaande mogen er bouwwerken ten dienste van de onderliggende bestemmingen en ten dienste van de grondwaterwinning worden gebouwd, mits de kwaliteit van het grondwater daardoor niet wordt geschaad.
48.5.2 Specifieke gebruiksregels
Het is niet toegestaan –door middel van de in dit plan opgenomen flexibiliteitsbepalingen– wijzigingen aan te brengen in het toegestane gebruik van de gronden, uitgezonderd indien het vormen van gebruik betreffen die harmoniëren met de functie voor de drinkwatervoorziening als vermeld in bijlage 5, Functies en waterwinning, behorende bij de regels.
48.5.3 Afwijken van de gebruiksregels
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 48.5.2, mits vooraf advies wordt ingewonnen bij de provincie Overijssel, voor een verruiming van het toegestane gebruik ten behoeve van grote en grootschalige risicovolle activiteiten/functies als vermeld in bijlage 5, Functies en waterwinning, behorende bij de regels, mits:
1. deze functie voldoet aan de eis van een goede ruimtelijke ordening;
2. de risico’s op de verontreiniging van het grondwater niet worden vergroot en de grondwaterkwaliteit niet verminderd.
48.5.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren, zulks ongeacht het bepaalde in de bij de andere op deze gronden van toepassing zijnde bestemmingen:
1. het indrijven van voorwerpen in de bodem zoals damwanden, diepwanden of schermen, alsmede het verwijderen van deze voorwerpen;
2. het maken en/of het buiten gebruik stellen van boorputten;
3. het realiseren van ondergrondse bouwwerken;
4. het realiseren van funderingswerken dieper dan 1 m beneden peil, zoals het aanbrengen van palen in de grond;
5. het draineren, afgraven of vergraven van gronden;
6. het graven, vergraven of dempen van sloten.
b. Het onder a vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden:
1. die het normale onderhoud en/of beheer betreffen;
2. die reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan;
3. waarvoor op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan een omgevingsvergunning is verleend.
c. De onder a genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien door die werken en werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen de kwaliteit van het grondwater niet onevenredig wordt aangetast.
48.6 milieuzone - waterwingebied
Ter plaatse van de aanduiding ‘milieuzone – waterwingebied’ geldt dat deze gronden zijn aangewezen voor het behoud en het herstel van de drinkwatervoorziening, waaronder begrepen de winning en de bewerking van drinkwater met de daarbij behorende bebouwing en erven.
48.6.1 Bouwregels
Er mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd ten dienste van de drinkwatervoorziening en de bescherming daarvan, met dien verstande dat de bouwhoogte niet meer dan 2,5 m mag bedragen.
48.6.2 Afwijken van de bouwregels
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 48.6.1 en worden toegestaan dat een gebouw gedeeltelijk buiten een bouwvlak wordt gebouwd, mits:
1. het een bouwwerk betreft dat ten dienste van de onderliggende bestemming(en) en ten dienste van het waterwingebied wordt gebouwd en mits de kwaliteit van het grondwater daardoor niet wordt geschaad;
2. vooraf advies is ingewonnen en toestemming is verkregen van de provincie Overijssel.
48.6.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren, zulks ongeacht het bepaalde in de bij de andere op deze gronden van toepassing zijnde bestemmingen:
1. het indrijven van voorwerpen in de bodem zoals damwanden, diepwanden of schermen, alsmede het verwijderen van deze voorwerpen;
2. het maken en/of het buiten gebruik stellen van boorputten;
3. het realiseren van ondergrondse bouwwerken;
4. het realiseren van funderingswerken dieper dan 1 m beneden peil, zoals het aanbrengen van palen in de grond;
5. het draineren, afgraven of vergraven van gronden;
6. het graven, vergraven of dempen van sloten.
b. Het onder a vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden:
1. die het normale onderhoud en/of beheer betreffen;
2. die reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan;
3. waarvoor op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan een omgevingsvergunning is verleend.
c. De onder a genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien door die werken en werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen de kwaliteit van het grondwater niet onevenredig wordt aangetast.
48.7 Reconstructiewetzone - extensiveringsgebied
Ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone - extensiveringsgebied' geldt dat uitbreiding, hervestiging of nieuwvestiging van intensieve veehouderij niet mogelijk is.
48.8 Reconstructiewetzone - landbouwontwikkelingsgebied
Ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone - landbouwontwikkelingsgebied' geldt dat intensieve veehouderij is toegestaan.
48.9 Reconstructiewetzone - verwevingsgebied
Ter plaatse van de aanduiding 'reconstructiewetzone - verwevingsgebied' geldt dat verschuiving, dan wel uitbreiding van de intensieve veehouderij voor bestaande bedrijven mogelijk is, mits de ruimtelijke kwaliteit of functies van het gebied zich daar niet tegen verzetten.
Hiertoe is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen in de bestemmingsregels.
48.10 Rioolvoorziening
In afwijking van hetgeen elders in deze regels is bepaald, geldt voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, dat ter plaatse van de aanduiding ‘rioolvoorziening’ tevens voorzieningen voor de tijdelijke opslag van afvalwater in de vorm van een bergbezinkbassin mogen worden gebouwd, met dien verstande dat de bouwhoogte niet meer bedraagt dan 3 m.
48.11 Speciale beschermingszone 1
Ter plaatse van de aanduiding ‘speciale beschermingszone 1’ geldt dat deze gronden, naast de andere voor die gronden aangewezen bestemmingen (basisbestemming), zijn aangewezen voor de bescherming van de instandhoudingsdoelstelling van het Natura 2000-gebied Dinkelland, ingevolge de aanmelding bij de Europese Commissie door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, zoals opgenomen in bijlage 6.
De bescherming, voor zover betrekking hebbend op de aanwijzingsbesluiten van de Habitatgebieden, is niet van toepassing op bestaande bebouwing (inclusief tuinen en erven) en verhardingen.
In geval van strijdigheid van bepalingen gaan de regels van dit artikel vóór de bepalingen die ingevolge andere artikelen op de desbetreffende gronden van toepassing zijn.
48.11.1 Bouwregels
Er mogen op of in deze gronden geen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen worden gebouwd.
Ten behoeve van de andere voor deze gronden geldende bestemming(en) mag uitsluitend worden gebouwd, indien het bouwplan betrekking heeft op vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bouwwerken, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet wordt uitgebreid en gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering.
48.11.2 Afwijken van de bouwregels
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 48.11.1 voor het bouwen ten behoeve van de andere daar voorkomende bestemming(en), mits geen afbreuk wordt gedaan aan de natuurlijke en landschappelijke waarden.
48.11.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren, zulks ongeacht het bepaalde in de bij de andere op deze gronden van toepassing zijnde bestemmingen:
1. het uitvoeren van grondbewerkingen dieper dan 0,3 m;
2. het verharden van wegen en paden;
3. het wijzigen van het greppelsysteem en het aanbrengen van drainage.
b. Het onder a vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden:
1. die het normale onderhoud en/of natuurbeheer betreffen;
2. die reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan;
3. waarvoor op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan een omgevingsvergunning is verleend.
c. De onder a genoemde vergunning mag geen afbreuk doen aan de habitattypen, zoals genoemd in bijlage 6.
48.12 Speciale beschermingszone 2
Ter plaatse van de aanduiding ‘speciale beschermingszone 2’ geldt dat deze gronden, naast de andere voor die gronden aangewezen bestemmingen (basisbestemming), zijn aangewezen voor de bescherming van de instandhoudingsdoelstelling van het Natura 2000-gebied Landgoederen Oldenzaal, ingevolge de aanmelding bij de Europese Commissie door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, zoals opgenomen in bijlage 7.
De bescherming, voor zover betrekking hebbend op de aanwijzingsbesluiten van de Habitatgebieden, is niet van toepassing op bestaande bebouwing (inclusief tuinen en erven) en verhardingen.
In geval van strijdigheid van bepalingen gaan de regels van dit artikel vóór de bepalingen die ingevolge andere artikelen op de desbetreffende gronden van toepassing zijn.
48.12.1 Bouwregels
Er mogen op of in deze gronden geen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen worden gebouwd.
Ten behoeve van de andere voor deze gronden geldende bestemming(en) mag uitsluitend worden gebouwd, indien het bouwplan betrekking heeft op vervanging, vernieuwing of verandering van bestaande bouwwerken, waarbij de oppervlakte, voor zover gelegen op of onder peil, niet wordt uitgebreid en gebruik wordt gemaakt van de bestaande fundering.
48.12.2 Afwijken van de bouwregels
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 48.12.1 voor het bouwen ten behoeve van de andere daar voorkomende bestemming(en), mits geen afbreuk wordt gedaan aan de natuurlijke en landschappelijke waarden.
48.12.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
a. Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren, zulks ongeacht het bepaalde in de bij de andere op deze gronden van toepassing zijnde bestemmingen:
1. het uitvoeren van grondbewerkingen dieper dan 0,3 m;
2. het verharden van wegen en paden;
3. het wijzigen van het greppelsysteem en het aanbrengen van drainage.
b. Het onder a vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden:
1. die het normale onderhoud en/of natuurbeheer betreffen;
2. die reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan;
3. waarvoor op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan een omgevingsvergunning is verleend.
c. De onder a genoemde vergunning mag geen afbreuk doen aan de habitattypen, zoals genoemd in bijlage 7.
48.13 Veiligheidszone - aardgaswinning
48.13.1 Bouwregels
In afwijking van hetgeen elders in deze regels is bepaald, mogen op of in de gronden ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - aardgaswinning' geen kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten worden gebouwd.
De bouw van beperkt kwetsbare objecten op gronden ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - aardgaswinning' is toegestaan indien er sprake is van zwaarwegende maatschappelijke, economische en/of planologische redenen en mits is aangetoond dat er hierdoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de veiligheid van personen.
48.13.2 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat de aanduiding 'veiligheidszone - aardgaswinning' wordt verwijderd, indien de betreffende risicovolle activiteit ter plaatse is beëindigd.
48.14 Veiligheidszone - lpg
48.14.1 Bouwregels
In afwijking van hetgeen elders in deze regels is bepaald, mogen op of in de gronden ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - lpg' geen kwetsbare objecten worden gebouwd.
De bouw van beperkt kwetsbare objecten op gronden ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - lpg', is toegestaan indien er sprake is van zwaarwegende maatschappelijke, economische en/of planologische redenen en mits is aangetoond dat er hierdoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de veiligheid van personen.
48.14.2 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat:
a. de aanduiding 'veiligheidszone - lpg' wordt verwijderd, mits de betreffende risicovolle activiteit ter plaatse is beëindigd;
b. de aanduiding 'veiligheidszone - lpg' voor een risicovolle inrichting wordt gewijzigd (verkleind), mits:
1. voor de risicovolle inrichting een vergunning ingevolge de Wet milieubeheer is verleend of gewijzigd;
2. de ligging van de zone is afgestemd op de met deze vergunning corresponderende veiligheidsafstand ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen;
3. zich binnen de gewijzigde zone geen kwetsbare objecten of beperkt kwetsbare objecten bevinden.
48.15 Vrijwaringszone – water
Ter plaatse van de aanduiding ‘vrijwaringszone – water’ zijn de gronden aangewezen voor klimaatopvanggebied.