7.5.1 Algemeen
Het college van B&W heeft op 1 februari 2011 het Generieke beleid voor grondverzet in de gemeente Hellendoorn vastgesteld. Voor burgers en bedrijven betekent het nieuwe beleid dat bij de toepassing van aangevoerde grond de kwaliteit van deze grond moet overeenkomen met, of schoner moet zijn dan de bestaande kwaliteit en de functieklasse van het perceel.
Aanleiding
Tot en met juni 2008 was het Bouwstoffenbesluit van kracht voor de toepassing van grond en zand in werken en op landbodem. Om het grondverzet te vergemakkelijken was daarvoor ook een bodemkwaliteitskaart vastgesteld. Daarvoor in de plaats is op 1 juli 2008 het hoofdstuk Grond en Bagger voor landbodem van het Besluit bodemkwaliteit in werking getreden. Omdat de regelgeving is gewijzigd is het noodzakelijk dat de gemeente Hellendoorn een beleidskeuze maakt. Het Besluit biedt twee keuze mogelijkheden voor het behoud van de bodemkwaliteit en van grondverzetbeleid, namelijk Gebiedspecifiek of Generiek Beleid.
Beleidskeuze
Bij de keuze voor Gebiedsspecifiek Beleid moet de gemeente de bodemkwaliteitnormen afstemmen op de locatiespecifieke kenmerken van haar grondgebied. Daarbij moet de onderbouwing van de keuzes zijn vastgelegd in een bodembeheernota en de bodemkwaliteiten worden vertaald in een bodemkwaliteitskaart. Dit is nodig wanneer sprake is van uiteenlopende kwaliteiten en klassen verspreid over grotere gebieden.
Omdat het grondgebied van de gemeente Hellendoorn als overwegend schoon kan worden aangemerkt is nauwelijks sprake van locatiespecifieke kenmerken en kan de gemeente dus aansluiten bij de landelijke bodemkwaliteitsnormen. In het Besluit Bodemkwaliteit kan daarvoor worden gekozen voor het Generieke Beleid. De gemeente moet dan minimaal een bodemfunctieklassenkaart opstellen en de vaststelling inclusief de kaart publiceren.
Klasse indeling
In het Generiek Beleid zijn de bodemfuncties en -kwaliteiten ingedeeld in de klassen:
- AW2000 (landbouw en natuur met nauwelijks verhoogde gehalten / overwegend schoon)
- Wonen (enkele licht verhoogde gehalten te verwachten en toegestaan)
- Industrie (matig verhoogde gehalten te verwachten en toegestaan).
Bodemfunctieklassenkaart
Op de bodemfunctieklassenkaart worden aan gebieden bodemfunctieklassen toegekend met gemiddelde bodemkwaliteiten conform de genoemde landelijke klasseindeling. Op de bijgevoegde bodemfunctieklassenkaart zijn de bodemkwaliteitklassen Wonen en Industrie aangegeven. De overige gebieden hebben de functie buitengebied met de kwaliteitklasse AW2000 en zijn als zodanig niet gemarkeerd.
Werkwijze
Aangevoerde en toe te passen grond moet van gelijke kwaliteit of schoner zijn. De bestaande bodemkwaliteit wordt zo niet verslechterd. Voor het toepassen van grond afkomstig van elders moet dan naast de bodemfunctie van een gebied ook de bodemkwaliteit van het toepassingsgebied bekend zijn volgens de klassen AW2000, Wonen of Industrie. Hiervoor geldt dus een zogenaamde “dubbbele” toets. De kwaliteit van de aangevoerde grond moet worden getoetst aan de functie en de kwaliteit van de grond in het gebied. Hierbij geldt in ieder geval dat de beste van deze twee moet worden gehanteerd als bodemkwaliteitswaarde voor de toe te passen partij grond.
De bodemfunctieklassenkaart is als bijlage bijgevoegd. Daaruit blijkt dat de bebouwde gebieden van het betreffende plangebied Groot lochter in de functieklasse Wonen vallen en de overige delen in de functieklasse AW2000.
7.5.2 Bodemonderzoeken
Op de onderstaande situatie zijn in grijstinten aangegeven de bij de gemeente bekende uitgevoerde bodemonderzoeken. Dit betreffen onderzoeken op particuliere terreinen, gerealiseerde ontwikkelingsprojecten, openbare wegen inclusief groen en parkeren, bedrijfslocaties en uitgevoerde saneringslocaties.
De op de situatie met een stip en nummer gemarkeerde locaties betreffen:
1. Terrein Fietscrossvereniging:
Op basis van onderzoek is asbest op en in de bodem van gedeelten van het terrein geconstateerd.
Besloten is om als saneringsmaatregel tot afdekking van de met asbest verontreinigde gedeelten over te gaan en ter plaatse een toegangsweg en parkervoorzieningen aan te leggen.
De uitvoering van de sanering met herinrichting heeft plaatsgevonden in de periode 5 tot en met 12 december 2011. De sanering bestaat uit het aanbrengen van een markeringslaag met zand en een afdeklaag met grond over het gehele terreindeel waardoor er geen met asbest verontreinigde delen meer vrij liggen. Deze afdekking is gedeeltelijk afgewerkt als halfverharde toegangsweg met 23 stuks halfverharde parkeerplaatsen. De aansluitende en overige gedeelten zijn vlak afgewerkt en ingezaaid en zullen als extra capaciteit voor parkeren kunnen worden gebruikt. Het terrein is rondom afgeschermd door middel van een afrastering. Daarmee zijn de saneringswerkzaamheden voltooid.
Door Tauw is het evaluatierapport met het kenmerk R001-4819331JBA-avd-V01-NL, dd. 12 april 2012 opgesteld en aan het bevoegd gezag gezonden.
2. Bergbezinkbassin Beethovenlaan: locatie is geschikt voor realisatie van een bergbezinkbassin.
3. Bachlaan 56a (Componistenplein): boven- en ondergrond mogen universeel worden toegepast op een locatie elders.
4. Boomcateweg 94: boven- en ondergrond zijn niet verontreinigd.
5. Boomcateweg 90: boven- en ondergrond zijn niet verontreinigd.
6. Boomcateweg 101: nader onderzoek niet nodig. Kwaliteit bodem op onderzoekslocatie vormt geen belemmeringen voor de bouwplannen.
7. Boomcateweg 93: geen verhogingen; grondwater niet onderzocht, geen belemmeringen voor de bouwplannen.
8. Boomcateweg 91-91a: geen belemmeringen voor de bouwplannen.
9. Boomcateweg tussen 98-91: geen belemmeringen voor de bouwplannen.
10. Boomcateweg 85a en 85b: geen belemmeringen voor de bouwplannen.
11. Boomcateweg 81: geen belemmeringen voor de bouwplannen.
12. Boomcateweg 79: geen belemmeringen voor de bouwplannen.
13. Boomcateweg 69: geen belemmeringen voor de bouwplannen.
14. Boomcateweg 61: Hypothese 'onverdacht' wordt verworpen. Nader onderzoek Cu aanbevolen; uit nader onderzoek blijken geen belemmeringen voor de bouwplannen.
15. Boomcateweg reconstructie incl. aansluitende wegen: geen significante bodemverontreinigingen. Het betreft een 'oude' weg waarin veel en vaak is vergraven en onderhoud gepleegd. Paks duiden op sintels en puin en lood uit slootprofielen. Geconcludeerd kan worden dat de vrijkomendegrond uit de vakken 1,2a, 2b, 3, 4, 5 en 7 en het ophoogzand uit vak 6 en 7 kan universeel hergebruikt worden.
Geconcludeerd kan worden dat er binnen het plangebied geen actuele significante bodemzaken spelen en er geen belemmeringen of beperkingen gelden voor voortzetting van het huidige gebruik.
Ter plaatse van de fietscrossbaan is een bodemverontreiniging bekend (zoals hiervoor aangegeven). Deze verontreiniging betreft afvalstoffen in gedempte bezinkvijvers en afgedekt met een laag grond. de verontreiniging heeft geen urgente status, waardoor een sanering niet eerder nodig is dan op een natuurlijk moment, bijvoorbeeld een planherziening voor een 'gevoelig' gebruik.