Plannaam: Nijrees
IMRO-idn: NL.IMRO.0141.BP00005-0401
Type Plan: gemeentelijke overheid/bestemmingsplan
Status: Vastgesteld

Artikel 6 Groen

 

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. groenvoorzieningen en tuinen;

  2. fiets- en voetpaden;

  3. volkstuinen ter plaatse van de aanduiding 'volkstuin';

  4. een evenemententerrein ter plaatse van de aanduiding 'evenemententerrein';

  5. sportvoorzieningen, speelvoorzieningen en hierbij passende openbare verblijfsvoorzieningen;

  6. nutsvoorzieningen;

  7. geluidswerende voorzieningen;

  8. verkeersvoorzieningen ten behoeve van het bestemmingsverkeer;

  9. voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding, waaronder begrepen voorzieningen ten behoeve van het vasthouden, bergen, aan- en afvoeren van water;

 

met de daarbij behorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde en verhardingen.

 

6.2 Bouwregels

 

6.2.1 Gebouwen

Binnen deze bestemming mogen geen gebouwen worden gebouwd met uitzondering van gebouwen ten behoeve van nutsvoorzieningen, die voldoen aan de volgende bepalingen:

  1. de bouwhoogte bedraagt maximaal 3 meter;

  2. de inhoud bedraagt maximaal 36 m3.

In afwijking van bovenstaande mag ter plaatse van de aanduiding 'nutsvoorziening' een gebouw ten behoeve van een nutsvoorziening worden gebouwd, die voldoet aan de volgende bepalingen:

  1. de bouwhoogte bedraagt maximaal 4 meter;

  2. de inhoud bedraagt maximaal 500 m3.

 

6.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Binnen deze bestemming mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende bepalingen:

  1. de bouwhoogte van kunstobjecten en bouwwerken ten behoeve van verlichting, geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer bedraagt maximaal 10 meter;

  2. de bouwhoogte van speelinstallaties en ballenvangers bedraagt maximaal 6 meter;

  3. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt maximaal 3 meter.

 

6.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmeting van de bebouwing, ten behoeve van:

  1. een samenhangend straat en bebouwingsbeeld;

  2. de verkeersveiligheid;

  3. de milieusituatie;

  4. de sociale veiligheid;

  5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

 

6.4 Specifieke gebruiksregels

Het is verboden de in deze bestemming begrepen gronden en de daarop voorkomende opstallen te gebruiken of in gebruik te geven of te laten voor een doel of op een wijze strijdig met deze bestemming. Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden ten behoeve van parkeren.

 

6.5 Afwijken van de gebruiksregels

Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 6.4, indien strikte toepassing daarvan zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, welke beperking niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.