|
|||||||||
|
|||||||||
|
|||||||||
|
|||||||||
Overgangsrecht |
|||||||||
|
|||||||||
38.1 |
Overgangsrecht bouwwerken a.
Een
bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan
aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens
een omgevingsvergunning (of bouwvergunning), en afwijkt van het plan, mag,
mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot: 1.
gedeeltelijk
worden vernieuwd of veranderd; 2.
na
het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd,
mits de aanvraag van de omgevingsvergunning (of bouwvergunning) wordt gedaan
binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan. b.
Eenmalig
kan met een omgevingsvergunning afgeweken worden van het eerste lid voor het
vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met
maximaal 10%. c.
Lid
38.1 sub a is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het
tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd in strijd met het
daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan. |
||||||||
38.2 |
Overgangsrecht gebruik a.
Het
gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding
van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet. b.
Het
is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in lid 38.2
sub a, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan
strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en
omvang wordt verkleind. c.
Indien
het gebruik, bedoeld in lid 38.2 sub a, na de inwerkingtreding van het plan
voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit
gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten. d.
Lid
38.2 sub a is niet van toepassing op het gebruik dat reeds
in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen
de overgangsbepalingen van dat plan. |
||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|