|
|||||||||
|
|||||||||
|
|||||||||
|
|||||||||
Overige regels |
|||||||||
|
|||||||||
34.1 |
Nadere eisen Burgemeester en wethouders kunnen, met het oog
op het voorkomen van een onevenredige aantasting van: -
de
gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden; -
het
straat- en/of bebouwingsbeeld; -
de
verkeersveiligheid; -
de
woonsituatie; -
de
sociale veiligheid; -
de
milieusituatie; -
de
verschijningsvorm van monumentale en karakteristieke panden; nadere eisen stellen aan: a.
de
plaats en de bouwhoogte van gebouwen en andere bouwwerken in de omgeving van
gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek’ ten behoeve van het
behoud van deze karakteristieke of monumentale verschijningsvorm; b.
de
plaats van gebouwen in die zin dat de gebouwen in de naar de weg gekeerde
bouwgrens moeten worden gebouwd. |
||||||||
|
|
|
|
|
|
|
|
|
|