In deze regels wordt verstaan onder:
-
het plan: het inpassingsplan "Gasopslag Bergermeer" van de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie en de Minister van Infrastructuur en Milieu;
-
aanduiding: een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
-
aanduidingsgrens: de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
-
bedrijfswoning: een woning in (inpandig) of bij (niet-inpandig) een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor (het huishouden) van een persoon, wiens huisvesting daar gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein noodzakelijk is;
-
beperkt kwetsbaar object:
1. verspreid liggende woningen, woonschepen en woonwagens van derden met een dichtheid van maximaal twee woningen, woonschepen of woonwagens per hectare;
2. dienst- en bedrijfswoningen van derden;
3. bedrijfsgebouwen, kantoorgebouwen, hotels, restaurants en winkels voor zover het geen kwetsbare objecten als bedoeld in onderdeel k onder 3 betreft;
4. kampeerterreinen en andere terreinen bestemd voor recreatieve doeleinden, voor zover het geen kwetsbare objecten als bedoeld in onderdeel k onder 4 betreft;
5. sporthallen, sportterreinen, zwembaden en speeltuinen;
6. objecten die met de onder 1 tot en met 3 en 5 genoemde objecten gelijkgesteld kunnen worden uit hoofde van de gemiddelde tijd per dag gedurende welke personen daar verblijven, het aantal personen dat daarin doorgaans aanwezig is en de mogelijkheden voor zelfredzaamheid bij een ongeval, voor zover die objecten geen kwetsbare objecten zijn;
7. objecten met een hoge infrastructurele waarde, zoals een telefoon- of elektriciteitscentrale of een gebouw met vluchtleidingsapparatuur, voor zover die objecten wegens de aard van de gevaarlijke stoffen die bij een ongeval kunnen vrijkomen, bescherming verdienen tegen de gevolgen van dat ongeval;
-
bouwen: het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen van een standplaats;
-
bouwwerk: elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct of indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
-
gebouw: elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
-
gewichtige redenen: gewichtige redenen als bedoeld in artikel 5.2, vierde lid van de Wet milieubeheer, zijnde redenen van zwaarwegende maatschappelijke, economische en/of planologische aard;
-
inpassingsplan: de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0000.EZip09Bergermeer-3001 met de bijbehorende regels;
-
kwetsbaar object
1. woningen, woonschepen en woonwagens, niet zijnde woningen, woonschepen of woonwagen als bedoeld in onderdeel e onder 1 en 2;
2. gebouwen bestemd voor het verblijf, al dan niet gedurende een gedeelte van de dag, van minderjarigen, ouderen, zieken of gehandicapten, zoals ziekenhuizen, bejaardenhuizen en verpleeghuizen, scholen of gebouwen of gedeelten daarvan bestemd voor dagopvang van minderjarigen;
3. gebouwen waarin grote aantallen personen gedurende een groot gedeelte van de dag aanwezig zijn, waartoe in ieder geval behoren:
- kantoorgebouwen en hotels met een bruto vloeroppervlak van meer dan 1500 m² per object,
- complexen waarin meer dan 5 winkels zijn gevestigd en waarvan het gezamenlijk bruto vloeroppervlak meer dan 1000 m² bedraagt en winkels met een totaal bruto vloeroppervlak van meer dan 2000 m² per winkel voor zover in die complexen of in die winkels een supermarkt, hypermarkt of warenhuis is gevestigd;
4. kampeer- en andere recreatieterreinen bestemd voor het verblijf van meer dan 50 personen gedurende meerdere aaneengesloten dagen;
-
peil:
indien op of in het land wordt gebouwd:
- de hoogte van het afgewerkte omliggende terrein ter plaatse van het bouwwerk;
indien de hoogte van het afgewerkte terrein niet aan alle zijden van het bouwwerk gelijk is, wordt het peil gerekend:
voor een bouwwerk op een perceel, waarvan de hoofdtoegang niet direct aan de weg grenst,
- de hoogte van het terrein ter hoogte van die hoofdtoegang bij voltooiing van de bouw;
indien op of in het water wordt gebouwd:
- de hoogte van het terrein ter plaatse van het meest nabijgelegen punt waar het water grenst aan het vaste land;
-
woning: een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden.