Toelichting De bestemming Wonen is toegekend aan alle
locaties waar sprake is van bewoning anders dan als onderdeel van een andere
bestemming, zoals een agrarisch of niet-agrarisch bedrijf. De maximaal
toegestane inhoud van een woning is 600m3. Voor de woningen
gerealiseerd op basis van de Ruimte voor Ruimte regeling of de gemeentelijke
BIOregeling geldt geen maximale inhoud. Voor (voormalige) woonboerderijen met
een zeker cultuurhistorisch karakter geldt dat de totale bouwmassa, dus
inclusief inpandige bedrijfsruimten, gebruikt en verbouwd mag worden voor
woondoeleinden. Leeswijzer Om van de algemene
regelingen en bepalingen op de hoogte te zijn, dient u naast dit artikel met
name de volgende planregels te raadplegen: ·
Artikel 1 t/m 3 Inleidende regels; ·
Artikel
17 t/m 24 Algemene regels; Als u iets wilt dat niet
lijkt te passen binnen de bestemming, kunt u de flexibiliteitregels van
artikel 25 en 26 raadplegen om te kijken of deze wel mogelijkheden bieden. |
12.1. Bestemmingsomschrijving
De voor Wonen aangewezen gronden zijn bestemd voor:
1. De
huisvesting van één huishouden dat er zijn hoofdverblijf heeft.
2. Per bestemmingsvlak is één woning
toegestaan. Voor bestemmingsvlakken met de aanduiding “maximum aantal
wooneenheden” geldt het daarin aangegeven aantal als het maximum.
3. Voorzieningen
ten behoeve van waterberging en –infiltratie.
4. Bij bestemmingsvlakken met de
aanduiding “specifieke vorm van wonen – woonboerderij” zijn de gronden tevens bestemd voor het
behoud, versterking en/of herstel van de aan de (voormalige) woonboerderijen eigen zijnde
cultuurhistorische en landschappelijke waarden. Voor deze panden geldt dat de totale
bouwmassa van de oorspronkelijke woonboerderij, zoals deze bestond op het
tijdstip van ter visie legging van het ontwerp- bestemmingsplan, verbouwd en
gebruikt mag worden voor wonen.
5. Bij de woningen met de aanduiding
‘specifieke vorm van wonen- recreatieve nevenactiviteiten’ voor recreatieve
nevenactiviteiten.
12.2. Bouwregels
Op of in de in 12.1 bedoelde gronden mag worden gebouwd met
inachtneming van de volgende regels.
1. Herbouw
(nieuwbouw) van een bestaande woning is alleen toegestaan indien deze
plaatsvindt op de bestaande
fundering.
2. De woning
mag een inhoud hebben van maximaal 600m³.
3. Voor het
bestemmingsvlakken met de aanduiding “BIO” geldt geen maximale inhoud van de woning. Voor dit bestemmingsvlak geldt
verder dat er slechts mag worden gebouwd met inachtneming
van het beleidsdocument “Gereedschapskist” dat de gemeenteraad heeft vastgesteld op 5 maart 2009.
4. De maximale
goothoogte is 4,5m¹, tenzij uit de verbeelding een andere hoogte blijkt
5. De maximale
bouwhoogte 8m¹, tenzij uit de verbeelding een andere hoogte blijkt
6. De afstand
tussen de hoofdgebouwen mag maximaal 15m¹ zijn
7. Bij woningen
is een bijbouw toegestaan met een oppervlakte van maximaal 100m², een
goothoogte
van maximaal 3m¹ en een bouwhoogte van maximaal 5,5m¹.
8. Bij woningen
zijn bouwwerken geen gebouw zijnde(vb. carports en overkappingen) toegestaan met een oppervlakte van
maximaal 50 m2, een goothoogte van maximaal 3 m en een bouwhoogte van maximaal 5,5 m.
9. De maximale
toegestane hoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde is 8m¹
10. De hoogte van
erfafscheidingen mag maximaal 2m¹ zijn.
11. De minimale
afstand tot de zijdelingse en achterste perceelsgrens is 3m¹
12. De maximale
oppervlakte van uitbreiding van bebouwing zonder erfbeplanting is 20m².
12.3. Specifieke gebruiksregels
Onder gebruik in strijd met de bestemming als bedoeld in artikel
20 wordt in ieder geval verstaan:
1. Het
gebruiken van bijgebouwen voor bewoning
2. Het
gebruiken van gronden en gebouwen voor bedrijfsactiviteiten
3. Het
aanleggen van mest- of waterbassins van folie
12.4. Aanlegvergunningregels
Het is verboden op of in de in 12.1. bedoelde gronden zonder
of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders
( aanlegvergunning) erfbeplanting te verwijderen.
Geen aanlegvergunning is vereist voor normaal onderhoud en
beheer (werkzaamheden in de bodem tot een diepte van maximaal 40cm).
Deze werken en/of werkzaamheden zijn slechts toelaatbaar
indien zij verband houden met de doeleinden, die aan de bestemming zijn
toegekend en door het uitvoeren van deze werken of werkzaamheden noch direct
noch indirect onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de waarden en kwaliteiten
van de desbetreffende gronden zoals omschreven in de (dubbel)bestemming met
eventuele aanduiding, en in het beeldkwaliteitplan.
12.5. Flexibiliteitregels
In de algemene regels en de artikelen 25 en 26 van dit bestemmingsplan zijn
de eventueel van toepassing zijnde ontheffingen en wijzigingsmogelijkheden
opgenomen.